Boos was ze. Woedend. Stampvoetend vroeg ze de baliemedewerker om mij te bellen. De vervangende instructeur was niet naar haar zin. Ik had beloofd dat ik de les zou komen geven. Zou dat niet lukken dan zou ik haar bellen.
Toen ik dit verhaal van de baliemedewerker hoorde viel m'n mond van verbazing open. Pardon? Had ik beloofd om de dame in kwestie persoonlijk te bellen als ik verhinderd zou zijn? Wat een vreemd verhaal. Het is namelijk niet de normale gang van zaken om sportschoolleden persoonlijk te bellen als je verhinderd bent. Viel mij voor deze miscommunicatie wat te verwijten? Misschien wel. Ik had gezegd: 'Tot volgende week.' Net zoals ik dat doe in bijna elke groepsles die ik geef. Maar, dat betekent niet per definitie dat IK er ben.
Tot volgende week, of tot de volgende keer is een 'slotzin', een reeks van woorden die niet letterlijk moet worden genomen, maar met een korreltje zout. Het betekent dat de week erop eenzelfde soort groepsles wordt gegeven. Een groepsles waarbij de kans groot is dat dezelfde instructeur voor de klas staat.
Voor buitenstaanders is dat misschien minder vanzelfsprekend, maar als je regelmatig groepslessen volgt begrijp je deze manier van communiceren. De volgende keer dat ik de desbetreffende dame zie zal ik haar dat uitleggen. Want bellen, dat is ongepast. Zo wek je als groepslesinstructeur verwachtingen waar je niet aan wilt en kunt voldoen.